Het kabinet heeft het wetsvoorstel Tegenbewijsregeling Box 3 ingediend bij de Tweede Kamer. Met deze regeling biedt het kabinet aanvullend rechtsherstel in Box 3, zoals door de Hoge Raad is bepaald. Belastingplichtigen krijgen de mogelijkheid om hun werkelijk behaalde rendement aan te tonen. Ligt dit rendement lager dan het eerder vastgestelde forfaitaire rendement? Dan krijgen zij het te veel betaalde belastingbedrag terug.
Voor het doorgeven van het werkelijke rendement kunnen belastingplichtigen gebruik maken van het formulier ‘Opgaaf werkelijk rendement’, dat naar verwachting vanaf de zomer 2025 beschikbaar zal zijn. De Wet Tegenbewijsregeling dient als tijdelijke oplossing, in afwachting van de Wet Werkelijk Rendement Box 3, die naar verwachting in 2028 ingaat.
Box 3 heeft jarenlang voor problemen gezorgd, maar hoe is het allemaal precies verlopen? Om helderheid te scheppen in de complexe geschiedenis van Box 3, volgt hier een tijdlijn met de belangrijkste ontwikkelingen.
Op 24 december 2021 oordeelde de Hoge Raad dat het forfaitaire stelsel van Box 3 op stelselniveau in strijd is met het eigendomsrecht en het gelijkheidsbeginsel, zonder dat daar een toereikende rechtvaardiging voor is. Hiermee zette de Hoge Raad een streep door het Box 3-stelsel zoals we dat sinds 2017 kenden. De uitspraak verplichtte de overheid om rechtsherstel te bieden aan gedupeerde belastingplichtigen.
Als reactie op het kerstarrest voerde het kabinet een herstelwet in voor de belastingjaren 2017 tot en met 2022. Deze wet hanteert nieuwe forfaitaire rendementen die het werkelijke rendement beter zouden moeten benaderen. Echter, in verschillende juridische procedures werd de vraag gesteld of de herstelwet alsnog in strijd was met het discriminatieverbod en het recht op eigendom, omdat nog steeds gebruik werd gemaakt van forfaits in plaats van het werkelijke rendement.
Omdat de ontwikkeling van een nieuw Box 3-stelsel tijd vergt, introduceerde het kabinet een tijdelijke overbruggingsregeling voor de belastingjaren 2023 tot en met 2027. Deze regeling lijkt sterk op de herstelwet en berekende het belastbare rendement op basis van fictieve percentages die dichter bij het werkelijke rendement zouden moeten liggen.
De Hoge Raad oordeelde dat de Wet rechtsherstel box 3 nog steeds in strijd is met Europees recht als het werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire rendement. Omdat de Overbruggingswet Box 3 op dezelfde wijze was opgebouwd als de herstelwet, bevestigde de Hoge Raad dat ook deze wetgeving onrechtmatig is. Dit betekende dat belastingplichtigen met een lager werkelijk rendement opnieuw recht hadden op rechtsherstel.
Naar aanleiding van de uitspraak van de Hoge Raad over de wet rechtsherstel en de overbruggingsregeling komt er een tegenbewijsregeling. Hiermee kunnen belastingplichtigen aantonen dat hun werkelijk behaalde rendement lager is dan het forfaitaire rendement. In dat geval wordt de belasting verlaagd, zodat alleen het werkelijke rendement wordt belast.
Vanaf juli 2025 wordt het formulier ‘Opgaaf werkelijk rendement’ beschikbaar gesteld. Met dit formulier kunnen belastingplichtigen hun rendement berekenen en doorgeven. De Belastingdienst zal schriftelijk informeren wanneer het formulier kan worden ingediend en waarschijnlijk een termijn van 12 weken hanteren voor het indienen ervan.
De tegenbewijsregeling geldt voor belastingjaren 2017 tot en met 2024. In eerste instantie kunnen belastingplichtigen het formulier gebruiken voor de jaren 2017-2022, later volgen 2023 en 2024. Vanaf de aangifte over 2025 wordt deze mogelijkheid geïntegreerd in de reguliere inkomstenbelastingaangifte.
Het kabinet werkt aan een volledig nieuw belastingstelsel voor Box 3, de Wet Werkelijk Rendement. Dit wetsvoorstel wordt binnen enkele weken ingediend bij de Tweede Kamer en moet in 2028 in werking treden.
Het nieuwe stelsel belast niet langer fictieve rendementen, maar het daadwerkelijk behaalde rendement. Dit omvat zowel het directe rendement (zoals rente, huurinkomsten en dividend, na aftrek van kosten) als het indirecte rendement (zoals de waardeontwikkeling van beleggingen).
Met de Tegenbewijsregeling in 2025 komt er een tijdelijke oplossing, maar pas in 2028 wordt een structureel nieuw stelsel verwacht waarin belasting wordt geheven op basis van werkelijk behaalde rendementen. Tot die tijd blijft de situatie in beweging en blijft het afwachten hoe de Belastingdienst en wetgever verdere aanpassingen zullen vormgeven.
Meer informatie?
Voor een uitgebreide toelichting op de ontwikkelingen in Box 3, download hier onze whitepaper.
Disclamer
Dit artikel is uitsluitend bedoeld voor informatieve doeleinden en kan niet worden beschouwd als fiscaal, juridisch of financieel advies. Hoewel aan de inhoud van dit artikel grote zorg is besteed, kunnen er geen rechten aan worden ontleend. Wij adviseren om bij specifieke vragen contact op te nemen met een belastingadviseur of de Belastingdienst.